Appelvariëteit Boyken (late winter)
Een oud Duits ras. De vader zei dat zijn grootvader ook twee van zulke appelbomen had. De vruchten zijn groot, enigszins afgeplat, geribbeld. Glad, mooi, groen, lichtgeel tijdens opslag. Het vruchtvlees is romig, met een aangename consistentie. Deze appels zouden het niet waard zijn geweest als ze niet zo zuur waren. Ik kan ze niet eens zoet en zuur noemen, ze zijn te zuur voor mij, ik kan niet meer dan een halve appel eten. Als de herfst warm is, zonder vorst, en het lukt je om de appels langer aan de boom te houden, worden ze een beetje zoeter. Het sap ervan blijkt licht, schoon, als een traan te zijn, maar het moet worden verdund met water en toegevoegde suiker. Boyken is ideaal voor het roosteren van eend of gans met appels. Ik gebruik het ook om mee te bakken.
Appels worden lang bewaard, maar dichter bij de lente kunnen ze vanuit het midden rotten. Zoals mijn kinderen zeggen: “gevuld” fruit komt tegen.
De bomen dragen bijna elk jaar vruchten. Reageer zeer positief op bevruchting. De appels worden enorm. Kenmerkend is dat onder de Boyken-appels vaak glazige vruchten worden aangetroffen.
Auteur: Natalia Tretyak, Zolochev.
Laatste Recensies